
Nr. 31 Een exoot in Alphen
Wandelaars rond de vijver aan het einde van de Middendam keken in de herfstvakantie verbaasd toe hoe kinderen met elke haal van hun schepnetje vier tot vijf Rode Amerikaanse rivierkreeften uit de vijver visten. Dus ook hier komt deze Amerikaanse soort, die hier van nature niet voorkwam, al massaal voor.
In Nederland komt een zevental uitheemse Noord-Amerikaanse of Oost-Europese rivierkreeften voor. Ze zijn op verschillende manieren in Europa terecht gekomen. Sommige soorten zijn ontsnapt uit tuinvijvers. Andere soorten zijn door aquariumliefhebbers gedumpt in sloten. Weer andere exotische rivierkreeftsoorten zijn met opzet uitgezet voor de visserij. Deze exotische rivierkreeften zijn veel minder afhankelijk zijn van schoon, helder water dan de oorspronkelijke Europese rivierkreeft. Daardoor kunnen zij in veel meer watertypen leven en zich sterk uitbreiden.
De Rode Amerikaanse rivierkreeft komt niet het meest voor, maar is wel de bekendste. Deze soort trekt namelijk over land naar nieuwe leefgebieden en wordt vaak op de weg of in tuinen gezien. Als je dichterbij komt, dan nemen deze kreeften onmiddellijke een agressieve houding aan. Ze richten zich op en dreigen met hun scharen.
De Rode Amerikaanse rivierkreeft komt oorspronkelijk voor in het Zuid-Oosten van de V.S. en in Mexico. Nu komt de Rode Amerikaanse rivierkreeft in heel West-Europa voor. De Rode Amerikaanse rivierkreeft is roodgekleurd over het hele lichaam, ook ledematen en scharen zijn roodgekleurd en hebben geen strepen, vlekken of bobbels. De meeste van deze Amerikaanse kreeften kunnen zo’n 8-15 cm lang worden, maar de Geknobbelde Amerikaanse rivierkreeft wordt wel 55-65 cm. Of zij die maximale grootte ook halen hangt af van de hoeveelheid aanwezig voedsel, concurrentie met andere kreeftsoorten en de waterkwaliteit.
Europese rivierkreeft
Van oorsprong kwam hier een donker- tot lichtbruine kreeft voor. Deze inheemse Europese kreeft ging al sterk achteruit, toen de soort concurrentie kreeg van Amerikaanse kreeften. Deze Europese rivierkreeft heeft niet verontreinigd en helder water nodig. Toen de waterkwaliteit in de jaren ‘60 achteruitging en leefgebieden verloren gingen, liep het aantal Europese kreeften hier in Nederland sterk terug, terwijl die vroeger op de markt werden verhandeld.
De Amerikaanse kreeften brachten de kreeftenpest mee. Een ziekteverwekker waarvoor zijzelf niet gevoelig zijn, maar die wel fataal is voor de Europese rivierkreeft. Het werd de nekslag voor de Europese rivierkreeft. De Europees kreeft is bijna verdwenen in onze wateren. Alleen in de buurt van Arnhem komt nog een restpopulatie voor.
Schaaldieren
Kreeften horen bij de schaaldieren net als krabben en garnalen. Ze hebben geen inwendig skelet van botten maar een harde buitenkant. Die schaal bestaat uit kalk en chitine (de stof waar ook onze nagels uit bestaan). Aan hun kop zitten lange antennen vol met zintuigen voor reuk, smaak en positiebepaling. Verder zitten er op hun kop twee uitstekende ogen, waardoor zij rondom een groot blikveld hebben.
Kreeften hebben acht poten aan hun borststuk en aan hun kop nog twee scharen. Die scharen worden gebruikt om voedsel mee te pakken en te doden, om voedsel mee naar hun mond te brengen, het mannetje pakt ermee het vrouwtje vast bij de paring en ze worden gebruikt voor onderlinge gevechten.

Kreeften zwemmen niet, maar lopen over de waterbodem. Amerikaanse rivierkreeften lopen niet alleen voor- en achterwaarts, maar zij kunnen zich ook zijwaarts bewegen. Ook hun staart kunnen zij gebruiken om snel mee te vluchten. Ze slaan dan met hun staart op de bodem en duwen zich zo af.
Net als vissen hebben kreeften kieuwen om zuurstof uit het water op te nemen. Maar anders dan bij vissen zitten die kieuwen aan de buitenzijde van hun lijf en worden ze voortdurend omspoeld met water.
Geen gedaanteverandering
Omdat hun harde skelet niet meegroeit, moeten kreeften herhaaldelijk vervellen of beter gezegd verschalen. Het oude pantser wordt daarbij afgebroken en de kreeft krijgt een nieuwe en grotere schaal. Kreeften vervellen, maar zij hebben geen gedaanteverandering (metamorfose), zoals insecten. De miniatuurkreeftjes worden steeds groter. Tijdens die verschalingsperioden zijn de kreeften kwetsbaar. Zij verschuilen zich in die perioden. In het begin van hun groei vindt het verschalen wel tweemaal per jaar plaats. Wanneer hun maximale grootte bereikt is, verschalen de kreeften nog maar eenmaal per jaar.
Kreeften hebben een groot herstelvermogen. Een afgerukte poot of schaar is na twee verschalingen meestal weer terug gevormd.
Het is nog niet bekend hoe oud de uitheemse rivierkreeften hier in Nederland worden. In gevangenschap kunnen zij wel een leeftijd van tien jaar bereiken.
Alleseters
Rivierkreeften zijn omnivoren. Ze eten slakken, insecten en veel dode resten van dieren. Ze nemen ook kikkers en visjes te pakken maar vreten vooral de eieren van vissen en amfibieën. Daarmee vormen zij een bedreiging voor het voortbestaan van de zeldzamere soorten. Het grootste deel van hun menu bestaat uit levende waterplanten en afgestorven plantenresten met de bacteriën en schimmels die daarop leven. Er zijn maar weinig waterplanten die niet bij de bodem worden afgevreten door de Rode Amerikaanse rivierkreeft. Ze zijn meestal ’s-nachts actief en overdag verschuilen zij zich in gaten langs de oever of onder waterplanten.
Voortplanting
De paartijd begint in de nazomer en herfst wanneer de watertemperatuur daalt. Mannetjes vechten met elkaar om zoveel mogelijk vrouwtjes te bevruchten. Bij de paring brengt het mannetje een zakje met zaadcellen over op het vrouwtje. De vrouwtjes bewaren in een speciaal orgaan de mannelijke zaadcellen en zij laten de eitjes pas bevruchten wanneer de omstandigheden daarvoor gunstig zijn. Dit vergroot het succes van hun voortplanting.
Uit vangsten is bekend dat de vrouwtjes de eitjes met een soort lijm onder hun staartstuk kleven. Na het uitkomen van de eitjes worden de jonge kreeftjes nog 2 vervellingen onder hun staart meegenomen en beschermd door de moeder. De vrouwtjes produceren 50 tot 600 eitjes per jaar. Daardoor gaat de vermeerdering van deze exotische rivierkreeften snel. Vooral de Rode Amerikaanse rivierkreeft breidt zich nu snel uit. Deze soort heeft ook als voordeel, dat zij andere water via land kan bereiken. In het waterrijke Westen van het land komen andere exotische rivierkreeften meer voor, namelijk de geknobbelde en gestreepte Amerikaanse rivierkreeft.
Troebel water
De Amerikaanse rivierkreeften graven holen in oevers van sloten en waterranden, waar zijzelf en hun jongen beschutting vinden. Door die ondermijning kunnen verzakkingen optreden en kunnen dijken verzwakken.
Voor de planten en dieren in sloten en plassen dreigt een groter probleem. De Amerikaanse rivierkreeften vreten waterplanten bij de bodem af. Daardoor verdwijnen voedsel en plekken om zich te verschuilen of voort te planten voor vissen, waterinsecten en amfibieën. Door het wegvreten van waterplanten, die in de bodem wortelen, worden bodemdeeltjes door de plantwortels niet langer vastgehouden met als gevolg dat het water vertroebelt. Ook komen voedingstoffen uit de bodem in de waterlaag terecht. Dat kan weer leiden tot een explosie van algengroei. Hele algenmatten kunnen verhinderen dat licht in het water doordringt. Dat betekent het einde voor veel onderwaterplanten. En dat waren de zuurstofproducenten in de sloot, dus ook dierlijk leven is dan niet meer mogelijk. Een helder, soortenrijk water kan daardoor veranderen in een zuurstofloze drab, waarin nog maar weinig leven mogelijk is. Alleen rottingsbacteriën kunnen er dan nog leven.
Algenbloei wordt zeker niet alleen door de Amerikaanse rivierkreeften veroorzaakt. Voor massale algengroei moet ook veel nitraat en fosfaat aanwezig zijn in het water en de watertemperatuur en lichthoeveelheid moeten gunstig zijn. De extra voedingstoffen die in het water komen door de woel- en vraatactiviteit van de rivierkreeften kunnen dan het laatste zetje zijn om een dikke laag algen te laten groeien.
Kreeftensoep
Hoewel deze kreeften uit Amerika hier nog maar relatief kort in de natuur voorkomen, hebben zij hier aantal vijanden. Vogels als reigers, meerkoeten en futen vangen en vreten rivierkreeften. Ook van snoek, snoekbaars, zeelt, meerval en paling is bekend, dat zij rivierkreeften eten. De bruine rat en otter maken jacht op de rivierkreeften. Ook kannibalisme komt bij de Amerikaanse rivierkreeften voor. Oudere exemplaren eten jongere.
Uit tellingen blijkt nog niet dat deze dieren al in aantal toenemen en de toename van de Amerikaanse rivierkreeften afneemt. Het effect van deze natuurlijke jacht is beperkt. De otter zou veel kreeften kunnen wegvreten, maar zij komen nog niet veel voor in Nederland. Voor alsnog breiden de Amerikaanse rivierkreeften zich uit. De enige manier om de opmars van de uitheemse rivierkreeften te stuiten, is tot nu toe wegvangen met fuiken. Misschien moet de oplossing uit culinaire hoek komen. De Amerikaanse rivierkreeft is eetbaar en dat was een van de redenen waarvoor zij naar Nederland gehaald werden.
Copyright@ 2024 Werkgroep Biodiversiteit SLAG
Tekening © Jan Glas, Johan Bergsma e.a.
Foto’s © AD, Viswijzer